Aanvullende spelsuggesties

Anja Schilder
“Bij een groepje moeders bij een koffieochtend, vroeg ik: Stel je gezin voor a.d.h.v 3 of meer foto’s. Dat maakte in de groep veel los, we hadden echt een hele fijne morgen met elkaar. De moeders kenden elkaar niet of nauwelijks, maar met de foto’s was er meteen veel openheid. Deze ervaring heb ik ook bij de meidengroep ‘Superwoman’. Daar gebruik ik vaak deze spelvorm: noem drie dingen op die je heel leuk vindt en drie dingen die je absoluut niet leuk vindt en waarom. Ook bij de meiden was de openheid heel erg sterk.”
Anja Schilder (www.anjaschilder.nl)
“Ik vroeg aan mijn coachee welke foto haar het meeste aansprak en wat zij erover wilde vertellen. Zij bekeek alle kaartjes en zocht het kaartje met het kompas eruit. Toen ik aan haar vroeg waarom zij specifiek dit kaartje uitkoos vertelde ze dat zij heel graag wilde reizen als zij klaar is met school. Haar hele gezicht straalde toen zij daarover vertelde. Dat was een mooie ervaring.”
Margreet Peek (www.margreetpeek.nl)
Margreet Peek
Anjuschka van Lieshout
“Tijdens mijn werk als gastouder is het spel ook inzetbaar. De afbeeldingen werken als “praatplaat” voor de kinderen die ik opvang biedt. Hierbij kan ik de afbeeldingen op thema uitzoeken of enkele afbeeldingen door het kind laten uitzoeken. Dit biedt ruimte voor gesprek en worden de kinderen geprikkeld tot vertellen over de afbeelding. Geweldig om bijvoorbeeld de woordenschat van het kind uit te breiden. Zeker een aanwinst in mijn materialenkast!”
Anjuschka van Lieshout (www.minicrechenoena.nl)
“Wat hoort bij elkaar? Pak twee kaartjes, of misschien wel meer… Waarom horen deze twee kaartjes bij elkaar voor jou? Dit levert vaak hele verrassende verhalen op, uit de persoonlijke situatie van het kind.”
Nienke van den Bijgaart-Oreel (www.twinkelkind.nl)
Nienke van den Bijgaart-Oreel
Pauline van Soldt
“Ik gebruik associatiekaarten altijd aan het einde van de KIES-groep (kinderen in echtscheidingssituatie) op basisscholen. Ik vraag de kinderen dan om een kaart uit te zoeken die ze vinden passen bij hoe ze zich nu voelen over hun leven, en een kaart over hoe ze zich in de toekomst willen voelen over hun leven. Ik vraag ze dan te vertellen waar die gevoelens mee te maken hebben, en wat ze denken dat er moet gebeuren om het gevoel over de toekomst te bereiken. Levert vaak hele prachtige verhalen op!”
Pauline van Soldt (www.hulpbijopvoeden.nu)
“Een spelsuggestie: laat gezinsleden of groeps/klasgenoten een kaart uitkiezen die ze bij een ander vinden passen. Met andere woorden: hoe ziet de ander jou? Een variatie is, dat je een kaart kiest waarop iets staat wat de ander kan verbeteren.”
Hanneke Middelburg (www.tekstprojecten.nl)
Hanneke-Middelburg
Ellie-Norden
“Onze dochter Harmke (13) had nog wat spelsuggesties. Pak één (of meerdere) kaartjes die op dit moment het best bij je leven passen en vertel daar over. Of: Vertel het verhaal achter de foto. Dus hoe is deze situatie ontstaan, wat is er aan de hand, waar gaat dit over, etc.”
Ellie Norden (www.handenuitdemouwen.com)
“In de klas is het goed in te zetten bij verschillende activiteiten. Kinderen kiezen ‘blind’ twee foto’s: de eerste is het begin van het verhaal, de tweede het einde. De leerlingen verzinnen een verhaal om van de ene situatie naar de andere te geraken. Dit kan in toneelspel worden uitgevoerd in groepjes, maar ook in een stelopdracht tijdens de taalles gebruikt worden.

In de kring: het stapeltje kaarten (met de afbeeldingen naar beneden) gaat de klas rond. De eerste leerling neemt er een kaart vanaf en begint een verhaaltje te vertellen (max. 3 zinnen) dat past bij de foto. De volgende leerling neemt er een vanaf en verzint bij de foto een vervolg op het verhaaltje, enz.

Drama: alle kinderen krijgen een foto en vormen daarna een groepje van ongeveer 5 leerlingen. Ze maken een kort toneelstukje dat het verhaal vertelt van de foto’s.

In de coachingspraktijk kun je de kinderen een foto laten kiezen die hen heel erg aanspreekt. Waarom spreekt die foto aan? Waar doet je dat aan denken? Welke wens hoort voor jou bij deze foto? Ze kunnen dan ook een foto kiezen die hen juist niet aanspreekt. Waarom deze foto? Wat betekent deze foto voor jou?.”
Juliëtte Hoogmans (www.buro-leef.nl)

Juliëtte Hoogmans
Mark Helmink
“Ik heb het spel met mijn zoontje van drie jaar gedaan op de volgende manier: Ik heb de kaarten in een aantal rijtjes gelegd met de foto’s zichtbaar. Mijn zoon mocht één kaartje pakken en zeggen waarom hij deze kaart pakte. Daarna mocht hij er nog vijf pakken (zelf laten tellen). Ik heb gevraagd of hij dit genoeg vond of er nog een wou pakken (begrens dan wel tot drie). Bij de tweede keer vond hij het genoeg. Vervolgens heb ik alle foto`s in een kring gelegd en gevraagd of hij er eentje in het midden wilt leggen. Ook toegelaten dat hij er meerdere in het midden legde. (wederom maximaal drie). Vervolgens mocht hij de foto`s zo leggen zoals het voor hem klopte foto`s vanuit de rijen bij in de kring leggen tot de cirkel voor hem weer compleet is (ook hier de grens stellen, vaak stoppen ze al zelf als de kring vol is). Een moment van laten praten waarom, welke vind jij het mooist? Daarna de foto`s terug laten leggen in de rijen zoals je bent begonnen (ook hier zelf laten doen en alleen kijken en observeren).”
“Een andere variant vanuit verbinding, geschikt voor kinderen maar ook volwassenen, wanneer ze moeite hebben met kiezen, laat ze de ogen dicht doen en de hand over de foto`s laten gaan. De kaart die de hand `aantrekt`laten pakken. Laat ze dan eerst benoemen waarom ze deze kaart hebben gepakt dan pas de ogen open laten doen. Dan naar hun reactie vragen en eventueel doorvragen. Je kan zelfs vragen wat ze met de kaart willen doen (wegleggen – bij je houden – weggooien – verscheuren) dit dan ook laten doen. Daarna de ogen weer dicht voor een tweede kaart (zelfde manier), vragen voor een derde kaart. Heb dit gedaan met een paar mensen, de eerste kaart raakte een minder leuke kant van de persoon, de tweede een leuke herinnering of droom en de laatste was een verruimend en verhelderende gevoel. Wel moet je op dat moment ook verdiept zijn anders werkt het minder goed.”
Mark Helmink (www.kindsbelang.nl)
“Voor een kennismakingsgesprek met mijn nieuwe brugklasleerlingen maak ik groepjes van maximaal vier leerlingen. Met deze vier leerlingen voer ik een oriënterend gesprekje. Na een korte inleiding krijgen de leerlingen de opdracht om na te denken over hoe ze de volgende stelling zouden aanvullen: “Als ik denk aan mezelf als leerling van het Onze Lieve Vrouwelyceum dan voel ik …” Dit doen ze in stilte. Er wordt niet gesproken of overlegd.” Lees meer
Ceciel Kloet (www.olvbreda.nl)
Onze Lieve Vrouwelyceum